Het Klachteninstituut voor de Financiële Dienstverlening (Kifid) oordeelde in maart 2021 dat ABN AMRO bij de berekening van de variabele rente van een doorlopend consumptief krediet de marktrente onvoldoende heeft gevolgd. Samen met de Consumentenbond is er op 5 september 2021 een compensatieregeling tot stand gekomen. ABN AMRO heeft klanten die hiervoor in aanmerking kwamen gecompenseerd.
Laatst bijgewerkt op 2 januari 2025
Op 19 april 2023 heeft de Geschillencommissie van het Kifid een uitspraak gedaan in een procedure over het variabel rentetarief voor het Flexibel Hypotheek Krediet van ABN AMRO. Het Kifid oordeelde dat voor het bepalen van de relevante marktrente de marktrente voor doorlopend consumptief krediet geldt als referentierente.
Bij het berekenen van de compensatie voor te veel betaalde rente op doorlopend krediet moet ABN AMRO wél rekening houden met het zogenoemde ‘rente-over-rente-effect’. Dat blijkt uit de op 11 augustus 2022 gepubliceerde uitspraak van de Commissie van Beroep van Kifid.
Een klein deel van de ICS-klanten die vóór maart 2011 een Gespreid Betalen Faciliteit op de creditcard heeft afgesloten, ontvangt een vergoeding voor te veel betaalde rente. ICS heeft de afgelopen tijd nader onderzoek gedaan naar de Gespreid Betalen Faciliteit en is tot de conclusie gekomen dat bij sommige klanten met oude voorwaarden (van voor maart 2011) de variabele rente de marktrente onvoldoende heeft gevolgd.
Oud-klanten van ABN AMRO, ICS en ALFAM-labels DEFAM, Credivance en Alpha Credit Nederland kunnen zich aanmelden voor de compensatieregeling.
Op 25 januari 2022 heeft de Geschillencommissie van het Kifid een uitspraak gedaan in een procedure waarin aan ABN AMRO gevraagd werd om ook rente-op-rente te vergoeden. Het Kifid oordeelde dat de bank daartoe niet verplicht is.
Op 5 september 2021 hebben ABN AMRO en de Consumentenbond overeenstemming bereikt over een compensatieregeling voor consumenten met een doorlopend consumptief krediet met variabele rente. Dankzij deze regeling krijgen klanten een compensatie als hun rente onvoldoende heeft meebewogen met de marktrente .
Inmiddels zijn we in gesprek met de Consumentenbond Claimservice. De gesprekken verlopen constructief. Met de Consumentenbond hebben we afgesproken dat we de komende 3 maanden geen procedures in deze zaak starten. Deze termijn kan uiteraard worden verlengd. De civiele procedure die we eerder wilden starten hebben we gepauzeerd. We willen serieus bijdragen aan een oplossing en hebben er vertrouwen in om tot een passende oplossing te komen.
Op 17 maart 2021 heeft ABN AMRO in een reactie laten weten dat we de uitspraak van de Commissie van Beroep voor deze betreffende klant volgen. Daarnaast gaat ABN AMRO in gesprek met de Consumentenbond Claimservice. Samen kijken we terug naar ons prijsbeleid en de uitvoering daarvan.
Tegelijkertijd vindt ABN AMRO het teleurstellend dat het Kifid niet voldoende is ingegaan op onze bezwaren ten aanzien van de referentierente. Voor het bepalen van de rente op een doorlopend krediet spelen namelijk ook andere elementen een rol, niet alleen het verloop van de markrente. Het Kifid gaat hieraan voorbij en vindt dat er geen betere referentierente voorhanden is. Omdat we het niet eens zijn met de gebruikte methodiek en referentierente vragen we de civiele rechter zich hierover uit te spreken.
Op 3 maart 2021 heeft de Commissie van Beroep van het Kifid uitspraak gedaan. We hebben de uitspraak ontvangen en bestuderen deze nu zorgvuldig. Op dit moment weten we nog niet welke vervolgstappen we nemen en wat de gevolgen ervan zijn voor de betrokken klanten.
Aanhouden van klachten
O.a. door ABN AMRO is afzonderlijk beroep ingesteld tegen uitspraken van de Geschillencommissie van Kifid over het rentetarief op doorlopend krediet. Het Kifid heeft daarom besloten dat klachten die hier betrekking op hebben voorlopig aangehouden worden. Dit betekent dat de klacht niet inhoudelijk behandeld wordt in afwachting van het hoger beroep dat nu loopt. Lees hier meer over in het persbericht van het Kifid .
Hoger beroep ABN AMRO is het niet eens met de uitspraken en stelt daarom hoger beroep in bij de Commissie van Beroep. Hier zullen wij beargumenteren waarom wij het niet eens zijn met deze uitspraken. Het hoger beroep wordt begin december 2020 behandeld.
De uitspraak
De Commissie van Beroep van Kifid doet in een individuele zaak tegen Interbank de volgende uitspraak: de consument mocht verwachten dat de variabele rente tijdens de looptijd in de pas zou blijven met de gemiddelde marktrente.
Wat is de gemiddelde marktrente?
De Commissie van Beroep maakt voor de gemiddelde marktrente gebruik van de publieke beschikbare gemiddelde marktrente (“referentierente”; een combinatie van de rente die het Centraal Bureau van Statistiek (CBS) en De Nederlandse Bank (DNB) hanteren).
Wat houdt de uitspraak in?
De rente van het doorlopend krediet moet gedurende de hele looptijd in de pas blijven met de referentierente. Een voorbeeld: is bij het begin van de overeenkomst de verschuldigde rente 2% hoger dan deze referentierente? Dan mag de rente tijdens de hele looptijd niet meer dan 2% hoger zijn dan de referentierente
De uitspraak
Op 15 juli 2020 heeft de Kifid Geschillencommissie in een individueel geval geoordeeld dat ook bij ABN AMRO de rente van het Flexibel Krediet de gemiddelde marktrente moet volgen. Dit is in lijn met de eerdere uitspraak van de Commissie van Beroep. Lees meer hierover op de website van Kifid .
De Geschillencommissie is hierbij niet ingegaan op de argumenten van ABN AMRO. Mede hierom hebben we het hoger beroep bij de Commissie van Beroep ingediend.