Het meest complexe onderdeel is de rente. Deze kan gebaseerd zijn op een variabele of vaste rentebasis. De rente bestaat uit twee of drie componenten. Het is mogelijk dat deze rentecomponenten niet individueel zichtbaar zijn, maar dat sprake is van één totaal tarief. Dit is bijvoorbeeld gebruikelijk bij Leningen met een vaste rentebasis.
Lees onderstaand waaruit de drie rentecomponenten zijn opgebouwd.
De rentebasis is een fluctuerende rente-index. De bank baseert een rentetarief hierop. De rentebasis kan een markttarief zijn, zoals Euribor, Libor, Eonia of de rente op de kapitaalmarkt voor Leningen met looptijden langer dan 1 jaar. Het kan ook een tarief van een centrale bank zijn, zoals het herfinancieringstarief (refi rente) van de Europese Centrale bank.
In plaats van rentebasis gebruiken banken ook termen als marktrente, referentierente en benchmark rente.
Als gevolg van nieuwe wetgeving worden diverse markttarieven de komende jaren vervangen. Meer informatie hierover is te vinden op onze Investor Relations pagina.
Bij een Rekening Courant Krediet is de rentebasis altijd een variabele rentebasis die periodiek wijzigt. De bank stelt de hoogte van deze rentebasis voor elke periode opnieuw vast. Als de hoogte van de rentebasis wijzigt, verandert de rente die u betaalt. Naast deze wijzigingen in de rentebasis wijzigt uw rente natuurlijk ook als de Specifieke Opslag of de eventuele Generieke Toeslag wijzigt.
Veel banken baseren de rente voor Rekening Courant Krediet op een eigen basisrente. Deze basisrentes van banken bestaan meestal uit een combinatie van een Rentebasis en een Generieke Toeslag. Een voorbeeld van zo'n basisrente is de ABN AMRO Euro Basisrente (AAEBR). Deze bestaat uit de ECB refi rente (als Rentebasis) plus een Toeslag Debetrente (als Generieke toeslag).
U kunt kiezen uit Leningen gebaseerd op een variabele rentebasis die periodiek wijzigt. Of Leningen gebaseerd op een rentebasis waarbij deze rentebasis minimaal één jaar vast staat. Banken noemen deze periode dan vaak de 'rentevaste periode'.
De rentebasis bepaalt de vaste frequentie waarmee de rente die u betaalt wijzigt. De bank stelt de rentebasis voor uw lening bij elke renteherziening opnieuw vast. Twee voorbeelden:
Variabele rentebasis:
Voor een lening met variabele rentebasis op basis van een 3-maands Euribor rentebasis, wordt de hoogte van de rentebasis elke 3 maanden opnieuw vastgesteld.
Vaste rentebasis:
Voor een lening met een rentevaste periode van 5 jaar, wordt de rente gebaseerd op een 5 jaars swaprente en wordt deze rentebasis na 5 jaar herzien.
Naast deze wijzigingen in de rentebasis wijzigt uw rente natuurlijk ook als de Specifieke Opslag wijzigt.
Naarmate de looptijd van de rente langer is, zullen de kosten meestal hoger zijn. Op sommige momenten kan dit anders zijn als de rentestanden op de financiële markten hiertoe aanleiding geven.
De tweede rentecomponent is de Generieke Toeslag. Dit is een toeslag die voor alle klanten met hetzelfde product gelijk is. Banken stellen Generieke Toeslag meestal elke maand opnieuw vast. Als een Generieke Toeslag wijzigt, dan geldt deze wijziging tegelijk voor alle klanten met hetzelfde product. Dit in tegenstelling tot een Specifieke Opslag, die verschilt tussen klanten.
In plaats van Generieke Toeslag gebruiken banken ook termen als toeslag debetrente, markttoeslag of funding toeslag. Of de Engelse term 'surcharge'.
Het gebruik van Generieke Toeslagen bij Rekening Courant Kredieten hangt samen met de fluctuerende saldi van Rekening Courant Kredieten. Tevens speelt een rol dat er meestal geen einddatum is afgesproken voor het Rekening Courant Krediet. Door beide redenen is het voor banken niet goed mogelijk om hun eigen financiering bij het afsluiten van uw Rekening Courant Krediet voor de gehele looptijd in te kopen. Hierdoor kunnen de fundingkosten voor Rekening Courant Krediet niet vooraf bepaald worden. Daarom stelt de bank deze maandelijks opnieuw vast. De Generieke Toeslag maakt dit transparant. In de Generieke Toeslagen kunnen ook andere kosten dan fundingkosten zijn opgenomen, zoals een gedeelte van de risicokosten, operationele kosten of marge.
Naast de gepubliceerde Rentebasis en - indien van toepassing - een Generieke Toeslag is er een derde rente component. Dit is de Specifieke Opslag.
De hoogte van deze opslag kan van klant tot klant verschillen, omdat iedere onderneming en de situatie waarin die zich bevindt anders is.
Het risico van het krediet bepaalt in hoge mate de kosten en de mogelijke verschillen daarin tussen klanten. Lees hier hoe de kosten van een krediet tot stand komen.
Binnen de voorwaarden die u met de bank overeenkomt, kan de bank de Specifieke Opslag gedurende de looptijd wijzigen. De Specifieke Opslag kan bijvoorbeeld wijzigen als er iets in de situatie van uw bedrijf of krediet verandert, waardoor uw kredietwaardigheid wijzigt. Uw bank kan de Specifieke Opslag mogelijk ook wijzigen als de kosten die de bank moet maken om het krediet aan u te blijven verstrekken wijzigen. Een voorbeeld hiervan zijn gestegen kapitaalskosten door nieuwe wetgeving of richtlijnen van toezichthouders. Het is belangrijk om in uw kredietofferte en bijbehorende voorwaarden te kijken wanneer uw bank de Specifieke Opslag kan aanpassen.
Voor Specifieke opslagen gebruiken banken ook termen als individuele toeslag/opslag, krediettoeslag, risico opslag, kredietopslag of opslag. Of de Engelse term 'margin'.